Het Vechtstede College komt nu al zeven lokalen tekort.
Het Vechtstede College komt nu al zeven lokalen tekort. Foto: Marieke van Veen

'Met alleen leerlingen uit Weesp redt het Vechtstede het niet'

WEESP - Het Vechtstede College moet zich in allerlei bochten wringen om alle leerlingen kwijt te kunnen. Binnenkort gaat rector Jan Verhulst met pensioen, dus als we antwoorden willen moeten we snel zijn.

door Marieke van Veen

Het ruimtegebrek speelt al langer. Waarom heeft het Vechtstede College geen leerlingenstop ingevoerd?
"Onze school groeit gestaag. Van 1106 leerlingen in 2010 naar 1171 leerlingen in 2014. Vooral de laatste twee jaar groeien we door. Volgend jaar gaan we richting 1330 leerlingen. Van een leerlingenstop kan geen sprake zijn, omdat die aanmeldingen nodig zijn om de uitbreiding te verantwoorden richting de gemeente."

Moet het Vechtstede College wel leerlingen vanuit bijvoorbeeld IJburg en Diemen blijven aannemen nu het ruimtegebrek steeds nijpender wordt?
"Er wordt ten onrechte gedacht dat onze school te klein wordt door de instroom vanuit IJburg. Het Vechtstede College is een echte regioschool. Veertig procent van de leerlingen komt uit Weesp, 21 procent uit Diemen en 9,9 procent uit Muiden/Muiderberg. De rest komt uit Nederhorst, Driemond, Amsterdam, Nigtevecht etc. Wij willen niet loten omdat dat onzekerheid teweegbrengt en er dan van aanmelding wordt afgezien. Dat hebben we al eens meegemaakt met Diemen, terwijl Diemen voor het Vechtstede College van levensbelang is."

Wordt de school niet te groot?
"Komend schooljaar gaan 115 brugklassers uit Weesp naar het Vechtstede College. Met alleen Weesper leerlingen kunnen we geen school met vier afdelingen - tweetalig vwo, vwo, havo en mavo - in de lucht houden. Weesp is mede een aantrekkelijke woonplaats omdat er een hele goede middelbare school is waar kinderen zich intellectueel kunnen ontplooien en waar je een hele goede kans hebt op een diploma dat ertoe doet. Dat krijg je met een kleine buurtschool niet voor elkaar. Wél kunnen we een maximale schoolgrootte afspreken, en met de woningbouw in de Bloemendalerpolder in het vooruitzicht gaan we dat ook doen. De voorspelbaarheid wordt hiermee gewaarborgd."

De gemeente is verantwoordelijk voor de huisvesting, maar is afhankelijk van jullie cijfers en plannen. De politiek voelt zich hierdoor voor het blok gezet...
"Wij hebben een goede verstandhouding met de gemeente Weesp. Ik begrijp de politieke ongerustheid wel. Hier en daar is sprake van een informatieachterstand geweest. We gaan afspraken maken hoe groot we het Vechtstede College willen laten zijn, ook met het oog op de bevolkingstoename van Weesp. Iedere leerling neemt geld mee voor de gemeente Weesp, ongeacht waar deze leerling woont. Dat weet niet iedereen. Gelukkig is wettelijk geregeld dat de gemeente met dat geld voor passende huisvesting zorgt, dus ook daar is geen misverstand over."

'De instroom vanuit IJburg is niet de oorzaak van ons ruimtegebrek'

Vijf lokalen op het Casparus, twee noodlokalen op het plein. Vinden de kinderen en ouders het niet rommelig?
"Wij willen een dynamische kwaliteitsschool blijven, een school met leerlingen op één locatie: de Amstellandlaan. Ik wil klare wijn schenken: natuurlijk is het minder leuk om op meer dan één locatie onderwijs te volgen. Het is een noodzakelijke, tijdelijke oplossing die hopelijk niet langer dan twee jaar gaat duren. Tegelijkertijd dramatiseren we het ook niet. Er blijven ouders en leerlingen die het niet leuk vinden, er zijn ook leerlingen die het juist afwisselend vinden of er neutraal over zijn. We hebben nu eenmaal voor 150 - 200 leerlingen ruimte nodig."

Jullie gaan ook met een 10-uursrooster werken. Wat merken de leerlingen daarvan?
"We hebben van ons 9-uursrooster een 10-uursrooster kunnen maken door de pauzes te verlengen naar één lesuur en een deel van de leerlingen te laten pauzeren en een ander deel les te geven. De begin- en eindtijden behoeven dan niet te veranderen. In de aula's wordt het bovendien veel minder druk."

Volgende week in het WeesperNieuws een afscheidsgesprek met Jan Verhulst.