De industriehaven aan het Verlengd Buitenveer, nu staan er de huizen van het Aquamarin omheen.
De industriehaven aan het Verlengd Buitenveer, nu staan er de huizen van het Aquamarin omheen.

De temperatuur stijgt en Weesp stinkt

WEESP - Eind jaren zestig speelde milieuproblematiek een grote rol in Weesp. Eigenlijk zou er op het Amsterdam Rijnkanaal geloosd moeten worden, zo schreef De Nieuwe Weesper 9 juli 1970, maar, industrieën als Philips Duphar loosden op Smal Weesp - zelfs giftige stoffen. De omwonenden klaagden steen en been.

'U kunt zich niet voorstellen hoe verschrikkelijk het hier is. Soms is het water dat Philips loost, melk wit. Je krijgt hoofdpijn, wordt suf en kunt niet meer werken. En slapen met de ramen open is onmogelijk'. Philips ontkende: 'Geen sprake van. De giftige stoffen worden er van tevoren uitgehaald. Het zijn misschien onkruidverdelgers van de boeren'.

Landelijk werd de vervuiling van het milieu, bijkomend gevolg van de snelle economische ontwikkeling, halverwege de jaren zestig in linkse kringen als PROVO(Roel van Duyn) en de PSP al aan de orde gesteld. Begin jaren zeventig werd de overtuiging dat vervuiling schadelijk zou zijn voor de volksgezondheid door heel politiek Den Haag gedeeld: de overheid moest er iets aan doen. In 1971 werd een Ministerie van Volksgezondheid en Milieuhygiëne (VROM) ingesteld en werden twee wetten van kracht: de Wet op de Verontreiniging van het Oppervlaktewater en de Wet op de Luchtverontreiniging.

De drie beluchters in de Industriehaven. Coll. HKW De meeste Weespers legden de schuld van de stank en vissterfte vooral bij Philips Duphar, maar Duphar was niet de enige; het ging ook om de noodafvoer van huishoudelijke en industriële afvalstoffen, waarvoor de gemeente verantwoordelijk was. En dan was er ook nog de stank uit de nieuwe industriehaven.

Al sinds augustus 1968 was in Weesp de Controle Commissie Water Verontreiniging (CCWV) aan het werk. Dat was een burgerinitiatief, dat de bedoeling had door middel van het nemen van watermonsters de vervuiler op te sporen en vervolgens B en W te informeren. In de CCWV waren vertegenwoordigd: de Algemene Hengelaarsbond Weesp, de Algemene Weesper Hengelaarsbond en de Watersportvereniging De Vecht. Secretaris was H. van Rossem. Deze controlecommissie opereerde zelfstandig.

Eind oktober 1970 werd de Commissie voor de Milieuhygiëne opgericht, duidelijk bedoeld als adviescommissie voor het gemeentebestuur van Weesp. In de Cie namenzitting onder meer de huisarts C.R.N. de Boer en J. Koel van de afdeling veiligheid van Philips Duphar. Voorzitter werd Ton Stork, secretaris Piet Krolis, gemeentevoorlichter van Weesp. De Cie wilde in de eerste plaats B en W van advies dienen over beleidsmaatregelen van het milieubeheer, in de tweede plaats de aktiviteiten van de plaatselijke commissies coördineren, bijvoorbeeld van de CCWV en Rijkswaterstaat en ten derde dacht de Cie door middel van de pers druk uit te oefenen op van vervuiling verdachte bedrijven.

1971: Eind september startte de actie 'Drie jaar stank'

Binnen de nieuwe raad van september 1970 maakten, gezien de Algemene Beschouwingen, alle partijen - behalve de VVD, die zich vooral druk maakte over het financieringstekort - zich zorgen over het milieu. De meest uitgesproken milieupartij was toen de partij van Foeke de Jong, Weesp 2000.

De raadsvergadering van 6 augustus besteedde twee uur aan het probleem van stank en vervuiling en nam een aantal besluiten. Ten eerste zou de haven ondieper gemaakt worden. Dan was er het plan van Philips voor een waterzuiveringsinstallatie- B en W hadden hierop aangedrongen. En ten derde zouden de rioollozingen voorlopig op het Amsterdam-Rijnkanaal gedaan worden in plaats van op het Smal Weesp en de industriehaven.

In juni 1971 kon de krant melden, dat N.V.Randstad van Soest die via illegale transporten afvalwater loosde in de Kom van Weesp, na veel klachten ging sluiten. Daaropvolgend stelde de Milieucommissie echter vast, dat Philips nog wel in Smal Weesp loosde. En de haven kon maar het beste gedempt worden, vond men.Foeke de Jong vroeg B en W om Philips Duphar een nieuwe hinderwetvergunning te weigeren, wat natuurlijk niet gebeurde.

Eind september startte de actie 'Drie jaar stank' oftewel de 'Stank-aktie' in de flats Sinnigvelderstraat en omgeving tegen Philips Duphar waarbij 80 à 90 % tekende waarvan 75% Philips Duphar als de schuldige zag. De Aktie 'Schoon Weesp' die zich- net als Weesp 2000 - keerde tegen het uitgeven van een nieuwe hinderwetvergunning aan Philips Duphar, verzamelde 1016 handtekeningen. In de actiegroep zaten geen raadsleden. Voorzitter was L. Koers, commissieleden onder meer J. van 't Hoenderdaal, A.W. Sabel en E. de Boer. In reactie hierop vond opmaandag 4 oktober 1971 een hoorzitting over de vergunning plaats. Alle bezwaarden- ook Roel van Duyn, raadslid voor de Kabouters in Amsterdam, en zijn vrienden-kregen een rondleiding door het bedrijf; bovendien gaf Philips Duphar aan opdracht te hebben gegeven tot de bouw van een zuiveringsinstallatie. En B. en W. zegden toe dat het riool nu werkelijk op het Amsterdam Rijnkanaal zou gaan lozen in plaats van op het Smal Weesp, waar de vissterfte op dat moment enorm was.

De havenstank, naar alle waarschijnlijkheid te wijten aan zuurstofgebrek, zou men laten opvangen door drie beluchters - kosten ƒ 100.000 - waaraan Philips Dupharz ou meebetalen. Maar dat betekende volgens Duphar geen schulderkenning. De fabriek wilde gewoon 'een sociale rol vervullen in onze gemeenschap'. Overigens zou deze 'beluchting' een tijdelijke zaak zijn; begin 1973 zou de afvalzuiveringsinstallatie in werking worden gesteld, beloofde men.

Het gebeurde allemaal, maar op zijn tijd. Gemeentevoorlichter Krolis deelde het in De Nieuwe Weesper van 24 augustus 1972 mee: de havenbodem werd opgehoogd, er waren drie beluchters in de haven aangebracht en de uitlaat van het gemeentelijk riool was naar het Amsterdam Rijnkanaal verlegd. In 1974 zou de rioolwaterzuivering in bedrijf komen. Het kwaliteitsbeheer werd aan het toenmalige Zuiveringschap Amstel en Gooi overgedragen.

Philips Duphar zou nog tien jaar op Smal Weesp lozen. Pas in 1982 bouwde het bedrijf op het terrein van de rioolwaterzuivering, eveneens in samenwerking met het Zuiveringschap Amstel en Gooi, een afvalwaterzuiveringsinstallatie. Het beheer van beide inrichtingen ligt momenteel bij de Dienst Waterbeheer en Riolering (DWR)