Van de lezers

Maaibeleid

Vanuit het raam zag ik grote gele bloemen ondanks hitte en droogte zich richting de hemel strekken en vlinders aantrekken. Hun felle gele bloembladeren reflecteerden het zonlicht en gaven een warmte af als de warmte van een hete douche op een koude winterse dag. Deze tere bloemen gaven niet alleen levenssap aan insecten, maar zo ook een glimlach aan de mensen. Hoewel de droogte de natuur pijnigde, bomen blad verloren en planten verwelkten konden moedige soorten zich staande houden. Juist vooral omdat het maaien ontbrak. Nu het weer de natuur juist stimuleert krijgen wij, de mens, weer de impuls om de natuur zelf de nek om te draaien. Want met de verkillende en tegelijkertijd levenschenkende regen is ook de maaier des doods terug van weggeweest. Al in de verte hoorde ik met schrik de ronkende machines en kijkend uit het raam zag ik met de nodige pijn en boosheid hoe de moedige en hulpeloze bloemen niet veel later gemaaid werden. Ooit trots en fier recht op. Nu vertrapt en mismaakt, liggend op de grond. De vraag dringt zich dan ook op, waar is dit alles voor nodig? Wie of wat heeft last van bloemen die aan de rand van een veldje moeite staan te doen om ons lokale ecosysteem gaande te houden? Deze bloemen voorzien vele insecten van voedsel, insecten die op hun beurt weer voedsel zijn én creëren door de bodem vruchtbaar te houden. Bodem die wij weer nodig hebben voor ons voedsel, zo zijn de tere bloemen en insecten zelfs voor onze overleving van groot belang. Volgens Natuurmonumenten is in de afgelopen 27 jaar 66% van alle Nederlandse insecten afgestorven, dat is 45% van onze gehele soortenrijkdom. Nieuw beleid, waaronder lokaal, is dan ook hard nodig om onder andere het maaien in te dammen en juist zoveel mogelijk groen en vooral bloemen te behouden.
Luuk Heerooms