Tot diep in de nacht knutselen aan de allereerste pagina's
WEESP De artikelen waren geschreven en de advertenties besteld. Maar hoe maak je daar een krant van? De opmaak van de allereerste editie van het WeesperNieuws in 1991 duurde dagen. En nachten.
Gelukkig voor de betrokkenen was het toen nog een maandblad. Toch gebeurde de opmaak in die dagen ook al grotendeels digitaal. Dankzij nauwe banden met het toenmalige Weesper computerbedrijf Borsu, beschikte het WeesperNieuws over een krachtige computer waarop een programma draaide waarmee de krantenpagina’s konden worden opgemaakt: de eerste versie van desktop publishing.
Op een diskette
De teksten werden door de redacteuren aangeleverd op een diskette en onze opmaker Jelle de Jong maakte daar echte krantenartikelen van: hij zette de kop groot, maakte het intro vet en verdeelde de tekst keurig over een aantal kolommen. Hoe het opmaakprogramma precies werkte, wat een mooie lay-out was, welke lettertypes er gebruikt werden: alles werd ter plekke uitgevonden en toegepast. Met grafisch vallen en opstaan kwam de opmaak van de eerste editie tot stand. De volgende ging gelukkig al een stukje beter en sneller.
Het bestand uit Borsu's tovermachine werd op de ochtend van de verschijningsdag bij Drukkerij Dijkman in Amsterdam op ware grootte uitgedraaid op glimmende vellen. Wat je zag was nog niet eens de halve krant: alleen de zwarte letters van de artikelen stonden op hun plek. De foto's en de advertenties moesten er ter plekke nog allemaal tussen worden geplakt. Dat lieten we over aan de grafische experts van de drukkerij. Trouwens, die foto's, dat waren nog zwart-witafdrukken uit de donkere kamer van fotograaf André Verheul sr. In de drukkerij werden er rasterafsdrukken van gemaakt, precies op het formaat waar onze opmaker tussen de tekst ruimte had vrijgelaten. Daar werden de gerasterde foto's in het artikel geplakt. Letterlijk, met een laagje hete was. In de tussentijd rolden de advertenties een voor een uit de grafische studio van Dijkman. Na een race tegen de klok was tegen het begin van de middag elke pagina compleet en konden er drukplaten van worden gemaakt. Die gingen vervolgens op de rotatiepers. Deze kolossale machine had aan drie kwartiertjes genoeg om de totale oplage van het WeesperNieuws, 14.500 exemplaren, in handige bundeltjes uit te spugen. Nog diezelfde namiddag lag de krant, via de vele bezorgers, in de bus.